Explore
Also Available in:

Archaeopteryx geen vervalsing, maar een echte vogel

door Jonathan Sarfati

24 maart 2000

afbeelding door Steve CardnoArtistieke weergave van Archaeopteryx
Artistieke weergave van Archaeopteryx

Met alle publiciteit rond het bedrog van de Archaeoraptor (zie Archaeoraptor Hoax Update—National Geographic Recants!), herinneren sommigen zich de claim van Sir Fred Hoyle en Dr. Chandra Wickramasinghe dat Archaeopteryx ook een vervalsing zou zijn. Archaeopteryx is een van de meest bekende overgangsvormen gebruikt voor de promotie van evolutie. Dit is waarschijnlijk ook de reden waarom anti-Darwinisten er op gebrand zijn om het af te doen als een vervalsing.

In het artikel Vogel-evolutie vliegt het raam uit, laat anatomist Dr. David Menton zien dat Archaeopteryx geen overgangsvorm is, maar dat het een echte vogel is met veren om te vliegen, en dat het zeker niet gaat om een gevederde dinosauriër. Dr. Alan Feduccia, van de Universiteit van North-Carolina, een gerespecteerde autoriteit op het gebied van vogels, en tevens evolutionist zegt:

“Paleontologen hebben geprobeerd Archaeopteryx te veranderen in een aan de aarde gekluisterde gevederde dinosauriër. Maar dat is het niet. Het is een vogel! En er is geen paleontologische gekonkel dat daar iets aan kan veranderen” [2]

Beide wetenschappers verwerpen de beschuldiging van een vervalsing volledig. Dr. Menton wijst op de kleine bultjes op de beenderen van Archaeopteryx, waar de veren met het bot verbonden waren met pezen. Dit had men niet verwacht en het is iets wat erg moeilijk te vervalsen zou zijn. Het is dus niet juist te zeggen dat de veren afdrukken zijn die aan een dinosaurusskelet zijn toegevoegd.

Ook Alan Feduccia, noemt in zijn encyclopedie The Origin and Evolution of Birds, [3] een aantal redenen waarom Fred Hoyle het niet bij het rechte eind heeft. Zo bevat kalksteen vaak vertakte (dendriet) patronen die worden gevormd door de neerslag van mangaandioxide, en deze zijn net zo uniek als sneeuwvlokken. Sommigen daarvan zijn te vinden op zowel de ene steenplaat als op de tegenoverliggende steenplaat, waarin het Solnhofen Archaeopteryx fossiel is gevonden. Enkele van deze patronen bevinden zich zelf op de veerafdrukken van het fossiel. Alan Charig e.a. ontdekten dat als hij een foto negatief van het dendrietpatroon van tegenoverliggende plaat omgekeerd afdrukte, dit perfect past met de patronen op de hoofdplaat. Dit moet wel betekenen dat het dendrietpatroon moet zijn gevormd op het snijvlak voordat de stenen platen werden gesplitst.

Sinds de verschijnen van het werk van Feduccia is er nog meer bewijsmateriaal gevonden dat indruist tegen de vervalsingtheorie:

  1. Het skelet bevatte lucht gevulde wervels en heup. Dit duidt op de aanwezigheid van zowel een nekluchtzak en buikluchtzak (dat zijn tenminste 2 van de 5 luchtzakken [red.1] zoals aanwezig in moderne vogels. Dit zou er op duiden dat het unieke ontwerp van de aviale long (vogel long) (zie ook avian lung design) al aanwezig is in dat wat evolutionisten beschouwen als de vroegste vogel. [4] Een evolutionist die geprobeerd zou hebben om een dinosaurus te vervalsen met veren zou niet hebben overwogen om ook de vermeende reptiel beenderen te voorzien van luchtholtes. Dit bewijsmateriaal versterkt namelijk enkel maar de creationistische visie dat vogels altijd vogels zijn geweest.


  2. Analyse van de schedel met computertomografie scannen (CT-scan) laat zien dat Archaeopteryx hersenen had zoals moderne vogels, ongeveer drie keer zo groot als dat van dinosauriërs van vergelijkbare grootte (maar kleiner dan tegenwoordige vogels). Archaeopteryx beschikte zelfs over grote optische kwabben om de visuele indrukken te verwerken die nodig waren voor het vliegen. Daar komt bij dat de afmetingen van de semi-circulaire kanalen van het binnenoor en het slakkenhuis binnen de variatie van tegenwoordige vogels liggen. Dit duidt erop dat Archaeopteryx op soortgelijke wijze kon horen en beschikte over het evenwichtgevoel dat nodig is voor de coördinatie van het vliegen. [5] Pterosauriërs hadden soortgelijke hersenstructuren om te vliegen, de grote optische kwabben, semi-circulaire kanalen voor de balans en enorme flocculaire kwabben, hoogstwaarschijnlijk voor de coördinatie van hoofd, ogen en nek, om het mogelijk te maken het zicht (zien) tijdens de vlucht te stabiliseren. [6] Nogmaals, een vervalser van veren op een dinosaurus zou het niet in zijn hoofd hebben gehaald om tevens een aviale hersenstructuur te maken, daar dit een groot probleem is voor evolutionisten.

Velen hebben zich enigszins verbaast afgevraagd waarom een evolutionist als Hoyle Archaeopteryx afwijst als een vervalsing. Immers een overgangsvorm zou hem toch juist heel goed van pas komen. Als we echter kijken naar de waarheid rond het fossiel en kijken naar de resultaten van de verschillende onderzoeken op Archaeopteryx dan is het minder vreemd dat Archaeopterx door Hoyle wordt bestempeld als vervalsing. Immer de waarheid rondom Archaeopteryx vormt een nog veel groter probleem voor evolutionisten.

Het is de waarheid die zal vrijmaken (Johannes 8:32) en niet de leugen.

Referenties en aantekeningen

[1] Hoyle, F. and Wickramasinghe, C., Archaeopteryx, the primordial bird: a case of fossil forgery, Christopher Davies, London, 1986.
[2] Feduccia, A.; cited in: V. Morell, Archaeopteryx: Early Bird Catches a Can of Worms, Science 259(5096):764–65, 5 February 1993.
[3] Feduccia, A., The Origin and Evolution of Birds, Yale University Press, 2nd Ed., p. 39, 1999.
[4] Christiansen, P. and Bonde, N., Axial and appendicular pneumaticity in Archaeopteryx, Proceedings of the Royal Society of London, Series B. 267:2501–2505, 2000.
[5] Alonso, P.D., Milner, A.C., Ketcham, R.A., Cokson, M.J and Rowe, T.B., The avian nature of the brain and inner ear of Archaeopteryx, Nature 430(7000):666–669, 5 August 2004; Witmer, L.M, Inside the oldest bird brain, perspective, same issue, pp. 619–620.
[6] Witmer, L.M., Chatterjee, S., Franzosa, J. and Rowe, T., Nature 425(6961):950–953, 30 October 2003; Unwin, D.M., Smart-winged pterosaurs, perspective, same issue, pp. 910–911.
[red.1] Vaak wordt ook wel gesproken over 9 luchtzakken: een interclaviculaire luchtzak, twee nekluchtzakken, twee voorste borstkasluchtzakken, twee achterste borstkasluchtzakken en twee buikluchtzakken.